Image
Top
Navigation
20 januari 2015

Vraagtekens bij zittenblijven

Ik hoorde voor het eerst het bericht via het journaal op de radio. “Zittenblijven is duur. Het CPB heeft uitgerekend dat zittenblijven ons jaarlijks 500 miljoen euro kost. Wanneer ook het missen van premie- en belastinginkomsten voor de overheid wordt meegerekend, doordat zittenblijvers later op de arbeidsmarkt komen, kan daar nog 900 miljoen bij op worden geteld. “

 Een nieuwe kijk voor mij… het kostenplaatje van zittenblijven op de lange termijn. En de genoemde bedragen zijn groot: 500 miljoen is 3% van de onderwijsbegroting voor PO en VO. Ik snap die overheid wel.

Een dag later krijg ik via Facebook een andere perspectief voorgeschoteld. Het bericht over de kostenberekening van het CPB wordt afgeschoten. “Kortzichtige visie.. ,te triest voor woorden, er wordt niet meer naar het kind gekeken, .. geregeerd door spreadsheet technocraten , . verkapte bezuinigingen.”

Dat ik schrik van de reacties, verrast me zelf. Heb ik door mijn vak een te gekleurde bril opgezet? Wellicht. Tegelijkertijd begrijp ik ze ook wel die facebookers. Je wilt toch echt dat het in het onderwijs in eerste instantie draait om het belang van de kinderen en niet om de kosten.

Scholen worden door de inspectie bevraagd op het aantal zittenblijvers. Heb je er te veel… tja, dan doe je kennelijk iets niet goed. Niet dat het, voor zover ik weet, een harde eis is uit het toetsingskader. Maar toch.. die inspectie he? Die doet er steeds meer toe.

Ik snap het dilemma van de scholen wel. Je wilt dat de inspectie zich positief uitspreekt over je school. Tegelijkertijd wil je, bij de afweging om Jochem groep 3 nog eens over te laten doen, kijken naar alle aspecten van Jochem en niet of je al over het zittenblijf-quotum van je school heen bent.

En die inspectie dan? Waarschijnlijk komen zij nog regelmatig praktijkvoorbeelden tegen waar te gemakkelijk de oplossing voor het niet meekomen van een leerling wordt gevonden in het “een jaartje overdoen”. ‘Overdoen’ in de letterlijke betekenis van: hetzelfde programma nogmaals; met het zelfde onderwijsaanbod dat het eerste jaar al niet werkte.

En ik denk dat de heren en dames onderwijs-inspecteuren de onderzoeken kennen waarin telkens weer blijkt dat de positieve effecten van zittenblijven erg beperkt zijn. Sterker nog: John Hattie schrijft in zijn boek ‘Visible Learning’: “Dit is één van de weinige onderwijsgebieden waar het moeilijk is onderzoek te vinden met een positief effect.” Met dat in je achterhoofd snap ik ze wel, die onderwijs-inspecteuren.

Ben ik nou voor of tegen zittenblijven? Geen van beiden. Een simpel antwoord is er niet . Zoek de nuance. Kritische vragen stellen. Vraagtekens zetten bij gegroeide gewoontes. Iets met apen, bananen en een brandweerspuit.